Door de grote hoeveelheid neerslag die afgelopen winter en voorjaar is gevallen,  is op veel percelen de maïs laat gezaaid. Zelfs tot in juni. Hierdoor dient zich nu de vraag aan of deze maïs nog voldoende rijp wordt, of dat er rekening gehouden moet worden met het feit dat het gewas voortijdig geoogst moet worden. In dit artikel leest u meer over waar u op moet letten bij de oogst van laat gezaaide maïs.

Kortere daglengte vermindert de afrijping

De dag- en nachttemperatuur bepaalt samen met de daglengte de snelheid van afrijping van de maïs. Richting november nemen beide snel af. Dit betekent dat de maïs op een aantal percelen dit jaar helaas onvoldoende zal afrijpen en bij een lager totaal drogestofgehalte geoogst zal moeten worden.

Inkuilverliezen minimaliseren

Inkuilen bij een drogestofgehalte van 28% of lager gaat gepaard met verliezen door perssap. Probeer deze perssappen op te vangen door in te kuilen op een absorberende laag stro of de nattere maïs, indien mogelijk, gemengd met drogere maïs in te kuilen. Hierbij is het advies om natte silomaïs wat grover te hakselen (> 12 mm). Zo voorkomt u dat te veel cellen kapotgaan en wordt het vrijkomen van perssap zoveel mogelijk beperkt.

Oogsten zodra het kan

Mogelijk moet er – noodgedwongen vanwege de huidige ongunstige oogstomstandigheden – gewacht worden met oogsten tot de tweede helft van oktober. Bent u zich ervan bewust dat, door de afnemende daglengte, vanaf deze periode geen sprake meer zal zijn van drogestofproductie. Er wordt dan simpelweg geen zetmeel meer geproduceerd. 

Besluit u om toch langer te wachten, dan zal het gewas verder verouderen en de stengel verhouten, wat resulteert in een afname van de voederwaarde en smakelijkheid. Ook kunnen de planten mogelijk door fusarium aangetast worden. Het advies luidt dan ook: oogst zodra de weersomstandigheden én de bodemgesteldheid het toelaten. Kies voor de minst slechte optie. Om inkuilverliezen te voorkomen is het daarnaast te overwegen om een conserveringsmiddel toe te passen. 

Pas op voor gasvorming in kuilen met onrijpe maïs

Vooral kort na het inkuilen van nattere maïs met mogelijk weinig tot geen kolf kan na het afdekken van de maïskuil gasvorming ontstaan. Dit gasmengsel (nitreuze dampen) is geel/bruin van kleur en erg giftig voor mens en dier. Bij inademing of contact met de huid kan er long- en/of huidbeschadiging (verbranding) optreden. 

Wees daarom heel erg voorzichtig bij het ‘weg laten stromen’ van dit zeer gevaarlijke gas. Neem bijvoorbeeld preventieve maatregelen door voor het afdekken alvast een buis vanuit de maïs, onder de folie, naar de buitenlucht te leggen. Leg deze zeker niet in de richting van een stal die mogelijk in de nabijheid staat.

Neem voor vragen over het oogsten en inkuilen van uw maïs contact op met uw KWS-adviseur.